Ooit had ik het idee dat ik alles zou kunnen worden wat ik wilde. Maar ik werd ouder, en bedacht me dat er misschien toch factoren zijn om rekening mee te houden. Vanaf mijn geboorte heb ik een fysieke beperking. Lichamelijk zwaar en actief werk zou voor mij waarschijnlijk niet haalbaar zijn. Het onderwijs trok mij geweldig aan. Werken met kinderen, gericht op ontwikkeling. Maar ik koos na de middelbare school een vervolgopleiding voor een administratief beroep. Een beroep waar ik fijn de hele dag kon zitten…
Dat administratieve lag mij slecht, merkte ik tijdens stages. Het typen ging met mijn motoriek niet snel genoeg en ik miste het contact met mensen. Er moest toch iets anders zijn? Ik koos voor de opleiding Sociaaljuridische Dienstverlening. Mensen adviseren en helpen bij vragen rond sociale zekerheidsrecht en arbeidsbemiddeling. Juist de begeleiding bij vragen rondom arbeid vond ik boeiend. Misschien omdat ik zelf ook al mijn creativiteit moest gebruiken op zoek naar passend werk. Door reacties uit mijn omgeving, drong bij mij steeds meer door dat werk vinden lastig zou worden. Dus melde ik mij voor hulp en advies bij het UWV. Ik kreeg een WAJONG status en de mededeling dat ik 80-100% arbeidsongeschikt was.
Volledig arbeidsongeschikt daar kon ik niks mee. Als ik wilde werken dan moest ik toch iets kunnen vinden ondanks een beperking? Nu was ik na mijn stage blijven plakken bij de vakbond, dus werk had ik inmiddels gevonden. Weliswaar in de functie van telefoniste, maar het was iets. Telefoniste bleef ik niet lang. Via de functie van sociaal-juridisch medewerker en loopbaanadviseur ben ik nu loopbaancoach bij James. En ben ik toch met de ontwikkeling van mensen bezig. Als ik trainingen geef aan werkenden of werkzoekenden, voel ik me zelfs even de juf. Zo mooi dat ik in mijn rol mensen kan helpen uitvinden wat er wél mogelijk is. Met hen woorden vinden voor hun droombaan. En dan uit te vinden wat er binnen hun bereik ligt, en hoe je daar komt.
Ik ben niet de enige met een hobbelige loopbaan. Elke dag kom ik mensen tegen die vastlopen. Mensen met handicaps hebben daarbij nog een extra hobbel te nemen. Volgens het CBS hebben van elke 10 arbeidsgehandicapten, er 7 geen werk. Tegenover 3 op de 10 bij niet-gehandicapte werknemers. Wat een enorme kloof nog! Voor mij genoeg reden om met de energie die ik heb, het best mogelijke loopbaanmaatje voor deze mensen te zijn. Een loopbaanmaatje mét een verlanglijstje: meer werkgevers met een open blik, een behulpzame overheid, scholen die leerlingen de weg wijzen naar wat ze wel kunnen, … Samen moet het toch wel lukken? Want nou ja, had ik al gezegd dat ik niet zo snel loslaat wat ik eenmaal in mijn hoofd heb?
Janet Knoop